Van enkele filosofen tracht ik, waar mogelijk, het oeuvre bijeen te krijgen, inclusief belangrijke monografieën over het werk van die auteurs. Het betreft allereerst Victoria Welby en John Deely. Ook van Evert Beth heb ik veel werk, en natuurlijk van Ferdinand Sassen, beide zijn echter momenteel wat buiten mijn directe interesse, maar dat komt wel weer. Een nieuwere Nederlandse kandidaat zou kunnen zijn Gabriël Nuchelmans, maar ik heb nog moeite met zijn werk (dat geldt trouwens ook voor de primair wiskundige werken van Beth, en het werk van Welby en Deely is natuurlijk ook niet simpel).
Overigens is het merkwaardig, dat het denken van zowel Welby als Deely mij meer dan dat van anderen innam en dat hun geboortedata vrijwel overeenkomen met de mijne, wat ik pas besefte nadat ik voor hun werk gevallen was: Welby werd evenals ik geboren op 27 april, Deely werd geboren op 26 april in Chicago, mogelijk was het toen hier en in Engeland ook 27 april. Ik kan het niet verklaren, want ik zie er geen betekenis in, alleen toevalligheid.
Er is een (1) levende auteur wiens werk ik verzamel: Martijn Benders. Benders schrijft bij vlagen sneller dan Vestdijk en dat vergt ook tijd van de verzamelaar. Benders’ nieuwste dichtbundel, Het zijn maar Bergen, is sinds zaterdag verkrijgbaar – ergens deze weken zal ik ‘m lezen en hier bespreken, en daarbij zal ik toelichten waarom ik het werk van deze dichter-filosoof (en ook o.m. muzikant) verzamel.